Advies BMA volgt aandeelhouder Waasland-Beveren
Op 26/5/2020 heeft Foodinvest Holding NV, grootste aandeelhouder van Waasland-Beveren, klacht neergelegd bij de Belgische Mededingingsautoriteit en om voorlopige maatregelen gevraagd, waaronder de herintegratie van Waasland Beveren in 1A.
De Belgische Mededingingsautoriteit bestaat enerzijds uit een ‘auditoraat’ (zeg maar het parket of anders gezegd de instelling die onderzoek voert) en anderzijds een ‘Mededingingscollege’ (zeg maar de rechtbank). Met het oog op de zitting van 17/6/2020 voor het Mededingingscollege dient het auditoraat, In overstemming met de wettelijke bepalingen, vooraf aan de partijen haar bevindingen meedelen. Met hun bevindingen geeft het auditoraat een analyse van de klacht en de gevraagde voorlopige maatregelen en geeft het tevens haar advies aan het Mededingingscollege.
Met genoegen mocht Waasland Beveren heden kennis nemen van het advies van het auditoraat dat als volgt luidt:
Samenvattend is de auditeur de mening toegedaan dat:
- De beslissing tot degradatie van Waasland-Beveren naar 1B ‘prima facie’ ( op het eerste zicht) een inbreuk uitmaakt op het mededingingsrecht
- De beslissing tot het betalen van bepaalde sommen wanneer men geen procedure zou opstarten voor een juridische instantie, vooral de Belgische Mededingsautoriteit, ‘prima facie’ een inbreuk uitmaakt op het mededingingsrecht”
Het auditoraat is op een duidelijke manier van oordeel dat de beslissing tot degradatie van Waasland Beveren naar 1B “een beslissing is die voor gevolg heeft dat een concurrent wordt uitgesloten en bijgevolg een beslissing is om de concurrentie te beperken.” Het auditoraat preciseert verder dat deze beslissing, in plaats van een competitie met zeventien of achttien ploegen te organiseren, geen legitiem doel beoogt doch enkel de financiële en economische belangen van bepaalde (lees zestien) clubs tracht te beschermen’. Gelet op dit advies en de overwegingen is Waasland-Beveren vol vertrouwen dat het Mededingingscollege in dezelfde zin zal oordelen.
Licentie Moeskroen
Bijkomend kunnen wij melden dat, zoals reeds geweten is, op 8/5/2020 het BAS een uitspraak heeft gedaan waarbij de beslissing van de licentiecommissie van de K.B.V.B. om RE Moeskroen geen licentie toe te kennen, werd hervormd. Volgens Waasland-Beveren had de Licentiecommissie nochtans terecht geoordeeld om RE Moeskroen geen licentie toe te kennen met als voornaamste motivering dat deze club reeds gedurende jaren in handen is van makelaars. Om de integriteit van de sport te beschermen was de beslissing van de Licentiecommissie dan ook zeer correct. Het licentiereglement verbiedt immers dat een club in handen is van een spelersmakelaar of waarbij een spelersmakelaar een belangrijke invloed kan hebben.
Tot grote verbijstering van Waasland-Beveren heeft het BAS de overtuigende bewijsstukken aangaande de invloeden van de makelaars (waaronder de welgekende Pini Zahavi) bij RE Moeskroen niet in overweging genomen. Volgens Waasland-Beveren heeft het BAS bepaalde regels van openbare orde en mededingingsregels niet juist toegepast. Om deze reden heeft Waasland-Beveren haar raadslieden dan ook de opdracht gegeven om de beslissing van BAS te laten annuleren voor de rechtbank van eerste aanleg te Brussel zoals voorzien in het Gerechtelijk Wetboek. Het ontwerp van dagvaarding wordt thans opgesteld en zal volgende week dan ook betekend worden waarna de zaak ingeleid zal worden.
Wordt vervolgd!